RegioTV De Bilt

Nationale Herdenkingen gemeente De Bilt

Zondagavond 4 mei werd in gemeente De Bilt op twee plaatsen de Nationale Herdenking gehouden.
De gemeentelijke herdenking was in Bilthoven bij het monument bij Jagtlust. In Maartensdijk werd de Nationale herdenking gehouden, in de Sint Maartenskerk, gevolgd door twee minuten stilte bij de vlag op het Maartensplein. Regio TV De Bilt dook in de geschiedenis en zocht het verhaal achter twee willekeurige Nederlanders uit die in de Tweede Wereldoorlog om het leven kwamen. Antonie G. van den Dungen, herdenkingsplaat station Bilthoven: De ouders van Antonie waren de Culemborger schilder Hendrik van den Dungen en Catharina de Kruijf, afkomstig uit Schalkwijk. Het gezin woonde vroeger in de Gassteeg. Ze kregen negen kinderen: Antonie (1912-1944), Gerrit (1913), Hendrikus (1914), Elisabeth (1917), Wilhelm (1919), Arnoldus(1924), Pieternella (1925), Johanna (1927). Anton verloor zijn vader toen hij 18 jaar oud was. In Culemborg werkte Anton bij de meubelfabriek van de gebr. Van der Stroom op de Lange Dreef. Na zijn huwelijk met Jannigje Chaigneau verhuisde Anton naar Vianen. Ze kregen hier drie kinderen: Henny, Dick en Alie. In Duitsland werd hij in het kader van de Arbeitseinsatz vanaf 27 november 1943 tewerkgesteld bij de Reichsbahn. Zijn standplaats werd Euskirchen, nabij Köln. Hier kwam hij in een kamp terecht aan de Bergstraat. Anton stond hier te boek als wegwerker. In mei 1944 is hij hier vandaan voor de laatste keer voor een bezoek naar huis gegaan. Tijdens een geallieerde luchtaanval van het Amerikaanse Ninth AF (147 bmrs van het 9th Bomber Div.) op het in aanbouw zijnde Erftstadion kwam Anton op 2 november 1944 om vier uur 's middags om het leven. Ook vier andere personeelsleden van de Nederlandse Spoorwegen waren hiervan het slachtoffer: Johannes M. Thijssen uit Nijmegen, Marinus J. Peters uit Wijchen, Laurens Courage uit Sittard en Jan P. Rijnberg uit Kloetinge. Het stadje werd in rond die periode ook voor 75% verwoest. Anton ligt begraven op het Nederlands ereveld in Düsseldorf. Eerst was er de oorspronkelijke herdenkingsplaat in de stationshal van Bilthoven. Het werd onthuld in november 1948. Helaas had men zijn naam onjuist gespeld. Op verzoek van zijn zoon werd er in 1960 een nieuwe plaat met herziene tekst onthuld in de wachtkamer van het station te Bilthoven. Deze herdenkingsplaat zag er rond 2004 zo bekrast uit dat ook deze vernieuwd diende te worden. Deze derde herdenkingsplaat kwam toen echter respectloos terecht achter een raam van een Wizzl-winkel op station Bilthoven. In 2006 is voor de herdenkingsplaat een speciale sokkel gemaakt, met een beschermende glasplaat. Het is te vinden in de stationshal van Bilthoven. Het monument is geadopteerd door de plaatselijke Juliana basisschool. Zijn naam staat ook vermeld op het 'Monument voor Gevallen Spoorwegpersoneel' te Utrecht. Dit is geplaatst aan de voorzijde van het derde Hoofdadministratiegebouw van de Nederlandse Spoorwegen, gelegen aan het Moreelsepark te Utrecht. Op 4 mei 1981 werd hierop een plaquette onthuld met de namen van alle tijdens de Tweede Wereldoorlog gevallen gevallen spoormannen en -vrouwen, waaronder die van Anthonie van den Dungen. Ariën Bakker, gedenksteen kerkhof Midsland Terschelling: Toen haar man in 1942 met zijn schip ten onder ging was ze zelf 32. Met gemak had ze een andere man kunnen zoeken en een nieuw leven kunnen starten. In plaats daarvan bleef ze alleen totdat het haar tijd was om bij haar man in het "graf" plaats te nemen. Ariën Bakker werd geboren op 20 juli 1909 op Terschelling. Hij volgde in 1924 en 1925 de stuurmansopleiding aan de Willem Barentszschool, maar voltooide die toen nog niet. Tot 1930 voer Baker als lichtmatroos en matroos. Van 1930 tot 1933 volgde hij de zogenaamde ‘ongeregelde’ cursus op Terschelling, waarna hij in 1933 zijn derde rang behaalde. Na een periode van werkloosheid vanwege de economische recessie kwam Bakker in dienst van de Maatschappij Oostzee, waar hij eerst enige tijd als matroos voer. Vanaf 1938 voer Baker als derde stuurman; eerst bij rederij Wambersie en vanaf begin 1940 bij de KNSM. In maart van dat jaar trouwde hij op Terschelling met Remptje Ruijg (1911-1996). In 1940 en 1941 voer Bakker, steeds als derde stuurman, op verschillende schepen van de KNSM. Na 25 maart 1942 monsterde hij aan op de Poseidon van die maatschappij. Het echtpaar woonde op Terschelling. De Poseidon (1.928 ton) verdween spoorloos toen zij medio 1942 op weg van Trinidad naar New York was. Het schip werd op 6 juni op haar bestemming verwacht maar bereikte die nimmer. Van het schip noch van haar 32 koppen tellende bemanning is meer iets vernomen. Onderzoek van K.W.L. Bezemer in de U-boot logboeken heeft uitgewezen dat het schip op 28 mei 1942 in de omgeving van Barbados is getorpedeerd door de U 155. Deze boot heeft de Poseidon geruime tijd achtervolgd en er in eerste instantie vergeefs twee torpeso’s op afgevuurd, tot zij vlak na middernacht meer succes had. Ook nu vuurde de U 155 twee torpedo’s af, waarvan een doel trof tussen de schoorsteen en de achterste mast. Drie seconden later explodeerde de ketel van de Poseidon, die daarna direct over de achtersteven zonk. Alle 32 leden van de bemanning, waaronder, Ariën Baker, zijn hierbij omgekomen. De U 155 voer op tien missies uit en overleefde, in tegenstelling tot het merendeel van de U boten, de oorlog wel. Op 21 december 1945 werd ze door de geallieerden bij Schotland afgezonken.